Er zijn zoveel dingen die ik ontzettend graag eens zou doen of proberen, maar die ik toch laat. Uit angst, uit onzekerheid, omdat het niet lukt om er tijd voor te maken. Zo jammer eigenlijk.
Eén van die lang gekoesterde wensen was om eens een atletiektraining te doen.
Gaandeweg ben ik het hardlopen steeds serieuzer gaan nemen, het is zo belangrijk voor me geworden dat ik het heel gericht en grondig aanpak. Conditioneel is het best goed met me gesteld, maar mijn looptechniek, daar kunnen we het beter niet over hebben. Dat gebrek aan techniek was voor mij wel reden genoeg om naar atletiek te willen. Want dat is een prima plek om technisch een betere hardloper te worden.
Het kwam er alleen steeds maar niet van. Elke keer had ik een ander smoesje.
Te druk.
Komt niet uit met m’n schema.
Er ligt nu geen baan meer: ze zijn aan het verbouwen.
Ik kan toch niet in mijn hysterische streepjestights, ik moet eerst iets nieuws kopen denk ik.
Knoflook gegeten, dat kan ik de mensheid niet aan doen.
Het is zo ongewoon koud dat volgende week de wereld wel eens kon vergaan en dan gaat nu quality time met m’n gezin toch voor?
Maar eigenlijk was ik gewoon hartstikke bang.
Want in mijn ogen is het maar intimiderend, zo’n atletiekvereniging. Op evenementen zie ik ze vaak rondzwermen, van die snelle Jelles in een clubsinglet. Terwijl ik maar een beetje sta te wiebelen tegen de kou, in m’n plastic poncho, lopen zij warm in een ultrakort broekie en met een bult zelfvertrouwen op hun schouders.
Ik bij een atletiekvereniging? Dat kon alleen maar gezichtsverlies betekenen.
En in m’n eentje een groep nieuwe mensen binnen stappen? Laten we het erop houden dat er dingen zijn die ik liever doe. Veel dingen.
Proeftraining
Toch besloot ik eens te mailen of ik een keer een proeftraining kon doen. Ik kende viavia wat mensen bij de plaatselijke atletiekclub en die waren allemaal erg enthousiast en verzekerden me ervan dat het wel goed zou komen.
Gisteravond lukte het me eindelijk om al mijn kutsmoesjes met één voet ver onder de bank te vegen en daarna sloot ik aan bij de maandag baangroep – een clubje van vijftien dames en heren – en bij trainer Hans.
“Je hebt wel een pittige avond gekozen om mee te doen,” zei hij. “We doen vandaag een 5x 1000 op 90%”
Oh phew, constateerde ik, ik begrijp deze Lingo gelukkig gewoon. Vijf keer 1000 meter lopen op maximaal vermogen. Leuk!
Na anderhalve ronde inlopen konden we van start. Dacht ik. Haha, wrong! Uit het materiaalhok kwamen matten en medicin balls tevoorschijn: eerst tijd voor een serie buikspieroefeningen. Waarbij ik meteen een paar ideeën opdeed voor thuis, want oei, daar viel ik door de mand. Planken met mijn voeten op een bal? Het is maar goed dat daar geen beeldmateriaal van is, want ik doe dat ongeveer net zo goed als koorddansen op stilletohakken. Blijkt. Logisch ook, beide een kwestie van stabiliteit.
Als de matten weer zijn opgeruimd vertelt Hans de groep wat de gaan doen. “Vijf keer duizend jongens.” Er wordt hier en daar wat gemopperd. “Op de lijst staat 4x 1000 anders.”
“Is dat zo?” zegt de trainer. “Dan doen we 4x 1000. Als dat er staat.” Ik ben teleurgesteld. Want ik had maar al te graag een 5 kilometer op de baan gelopen, om eens te zien wat voor tijd dat zou opleveren. Maar daar zou ik nog wel op terugkomen.
Ready? Set? Go.
We beginnen met een paar steigerungen. Had ik in Runners World wel eens voorbij zien komen, mooi woord, maar ik had geen idee wat het was. Iets met steigeren? Maar jongens, ik stá toch al op mijn achterbenen? Inmiddels weet ik het dus wel: het zijn versnellingen over een korte afstand (80-100 meter), waarbij je start, gaandeweg versnelt, eindigt op 100% en dan terug dribbelt.
En na die steigerungen kunnen we eindelijk echt van start: vier keer duizend meter met steeds een seriepauze van vijf minuten. Hoppa!
Ronde 1
Ik loop op de baan! Ik loop op de baan! Loop ik echt op de baan? Jaaaaa! Ik loop op de baan! Mensen, ik vind dit zo ongekend tof. Oh, loop ik nou voorop? Oeps, ja. Is dat wel de bedoeling? Hmm, maar ik moest op 90% en dat is dit nog lang niet. Moeten alle series eigenlijk even snel? Hoe snel loop ik eigenlijk? 4:30? Wtf.
Pauze. De trainer vraagt hoe het gaat. Super! Ik vind het enorm leuk, laat ik weten. Iemand uit de groep komt even naast me lopen. “Loop jij normaal altijd alleen? Ja zeker? Het is hier misschien fijner als je bij de groep blijft” tipt hij. “Dat is juist het voordeel van een groepstraining. Hoef je zelf niet zo op te letten, maar dan kan je gewoon meelopen.”
Ronde 2
Ik loop met de voorste paar mensen van de groep mee. Want tja, het is inderdaad een groepstraining en ik wil geen aso zijn. Of mezelf opblazen en de laatste rondes niet mee kunnen. Toch loop ik nog steeds geen 90%. Het loopt heerlijk op de baan. De ondergrond is zoveel fijner dan het asfalt dat ik gewend ben. En gewoon gedachtenloos door kunnen lopen, zonder verkeerslichten, fietsers, honden en bruggetjes, dat is ook enorm prettig.
Pauze. Of ik me ervan bewust ben dat ik mijn armen best hoog houd, vraagt de trainer. Ze mogen lager, dat kost minder energie. Kijk! Ik ben nu al blij dat ik hier ben. Tips, tips, gooi tips op me. Want mán, ik wil zo graag verbeteren. Ondertussen word ik ook even op de hoogte gebracht van de ongeschreven regels alhier: lopen op de binnenste twee banen, uitlopen op de buitenste banen.
Ronde 3
Nog steeds voorin de groep. Ze constateren dat het me gemakkelijk af gaat om mee te lopen. “Oh,” grap ik, “dan heb ik een goede pokerface. Want ik vind het best pittig.” Een hele volzin, daar verdien ik punten voor, want die kwam uit m’n tenen. Ik ben alleen maar aan het lopen, lopen, lopen. Praten zit er echt even niet in. Maar die hartslag? Die blijft binnen de perken.
Pauze. En ik ben blij dat we geen vijf rondes lopen geloof ik. Zou ik die vierde ook nog mee kunnen op dit tempo? We’re about to find out.
Ronde 4
Nou, als dit de laatste ronde is moet ik er maar voor gaan ook. Dus ik start weer mee voorin. Al na een paar honderd meter word ik voorbij gelopen. “Kom op Kim! Hierna nog maar één rondje!”
Iemand merkt op hoe mooi het is dat het stokje doorgegeven wordt: “Een paar maanden geleden riepen wij dat nog tegen jóu, weet je nog?”
Haha, tof! Leuke mensen hier. Ik zou nu echt heel wat geven voor een rood vekeerslicht. Maar oh ja, dit is een baantraining.
Er komt weer iemand naast me lopen. “Hee Kim, als je zó doet (ze maakt rondjes met duim en wijsvinger) dan kan je niet boksen. Dat deed ik ook als ik het zwaar kreeg, maar dat knijpen met je vuisten kost zoveel energie.” Nou, heb ik zomaar weer een tip in the pocket. Ik probeer wat ze zegt en waarempel, m’n armen ontspannen zich weer. “Nog een halve ronde Kim, we zijn er bijna!”
Oké, nog een paar honderd meter. Hoe kan het dat zo’n atletiekbaan langer wordt, terwijl je er op loopt eigenlijk? Dat doet het Bossche Broek nooit of de Empelse Dijk, die blijven precies even lang.
Ah, phew, witte streep! Ik ben er!
Nog eens?
Wat was dit waanzinnig leuk! Het is heel prettig om op een baan te lopen: de ondergrond is heel lekker en je hoeft niet steeds te stoppen of op te letten, zoals in het verkeer. Mentaal is het wel een dingetje: doordat je steeds hetzelfde rondje loopt ben je je wel bewuster van afstand. Dat vond ik in het staartje van de training wel even lastig.
Ik kwam terecht in een leuke groep mensen, waarvan sommigen al tientallen jaren bij deze club trainen en nog steeds trouw twee keer peer week met hun groep lopen. Sommige mensen lopen wedstrijden. Andere niet. Kortom, een heel gemixt gezelschap, waarvan iedereen zelf wat uit de trainingen haalt.
Of het iets voor mij is? Ja, zeker! Ik wil ook graag nog een buitentraining meedoen, omdat ik ook heel benieuwd ben hoe dat gaat. En ik zie mezelf zeker wel aanhaken bij deze vereniging. Want ik kan daar echt zoveel leren qua looptechniek. En mijn snelheid op kortere afstanden omhoog krijgen. En had ik al gezegd HOE tof ik het vind om op de baan te lopen?
De vraag is even wanneer een goed moment is. Op weg naar de Amsterdam Marathon wordt ik gecoacht, dus misschien is het slim om te wachten tot daarna. Moet ik nog even een ei over leggen, samen met La Coach.
Maar, resumé: een atletiekvereniging is leuk, op de baan lopen is heerlijk en de intimiderende Snelle Jelle’s zijn niet zo eng als ze lijken. Ze lopen alleen veel harder.