“Ik verklaar mijn korte broeken hardloopseizoen van 2018 voor geopend!” schreef ik begin deze week bij een Instagramfoto. Het is zomaar ineens een graad of 12, de zon schijnt en ik heb besloten dat mijn winterbenen maar weer eens wat daglicht moeten zien.
Er komen reacties. In de comments en via persoonlijke berichtjes.
– Als ik zulke benen had deed ik het ook.
– Ik zou dat ook wel willen, maar ik durf dat echt niet.
– Met mijn benen kan ik dat de wereld niet aandoen.
Ehm ja. Been there. Allemaal dingen die ik ook lang heb gedacht, gezegd en geroepen. Maar I’m over it. En als trots (en enig) lid van het Benenbevrijdingsfront (BBF) ga ik je vertellen waarom.
Lange hardloopbroek
Ik kan me heel goed invoelen in de verstokte tightdrager. Ik heb me eeuwenlang in niets anders vertoond. Zelfs bij 30 graden. Dat zit zo. Toen ik ooit begon met de hardloop mps’3 van Evy was ik vrij recent bevallen van een blakende baby en veel te zwaar. De enige sportkleding die ik had was spinningkleding en met een zeembroek rennen is naast niet heel charmant ook niet heel comfortabel. Dus droeg ik een gewone korte zomerbroek van joggingstof die bij elke stap opkroop tot hoog in m’n liezen. Ik ging daarom drie keer per week hardlopen voor het licht werd. Ik, die een baby had die nog een ziljoen keer wakker werd ging om zes uur ’s morgens een paar rondjes zwoegen in het park, in het donker. Zodat niemand het zou zien!
Gosh, wat was ik blij toen ik eindelijk in de grootste maat looplegging paste die de hardloopzaak had hangen. Hij zat alsnog heel strak, maar ik kon me tot mijn enkels bedekken. En dat deed ik dan ook. Of er nou een hittegolf was of hevige vorst.
Driekwart hardloopbroek
Toen ik wat langer aan het hardlopen was ontdekte ik de driekwart loopbroeken. Heerlijk. Een beetje frisse lucht, maar nog steeds lekker bedekt. Ik heb zelfs nog zo’n driekwartbroek met een hardlooprokje eroverheen. Zodat niemand mijn kont kon zien. Nou, nieuwsflits! Zoiets zorgt er natuurlijk voor dat júist iedereen naar je kont kijkt, want huh, wat zit er nou over die broek, is dat nou een rokje ofzo?
Hardloopshorts
Vorig jaar had ik er genoeg van. Het was een warm voorjaar, we hadden al een vakantie naar Frankrijk geboekt en ik was nog steeds aan het hardlopen met ingepakte benen. Ik vroeg me af waarom. Het zou toch veel lekkerder zijn in het kort? Dan kan je toch veel beter je warmte kwijt? Je moet weten dat ik nogal een warmbloedig en snel oververhitte tante ben. Ik transpireer al als ik een vinger optil. Laat staan als ik een paar kilometer hardloop. Dan moet er eigenlijk een dweilmachine achter me aan rijden. Zodat de rest van de stad niet uitglijdt.
F*ck it! dacht ik. En ik kocht een korte hardloopbroek.
Ik durfde daar niet meteen mee de deur uit. Want tja, cellulitis hier, wat overtollige huid daar. En sinds ik zoveel afgevallen ben kunnen mijn dijen applaudiseren als ik beweeg. Dat is ook een talent. Maar niet per se iets wat ik met de wereld wilde delen.
Ik trok mijn loopshort aan. Ging voor de badkamerspiegel staan. Draaide me om en verrekte bijna mijn nek met kritisch naar mijn kont en mijn bovenbenen kijken. Maar ik kon niet mijn hele achterbenen zien, shit. Ik sleepte er een Ikea opstapje bij, klom erop en bestudeerde nóg een keer mijn benen. Kon dit wel?
Ja, vond ik uiteindelijk. Dus ik trok mijn schoenen aan. Rende de straat uit. Keerde weer om naar huis en stond vijf minuten later weer buiten in een lange broek.
Tweede kans
Tig interne dialogen later probeerde ik het weer in het kort. Tijdens een rondje met mijn loopvriendin, want dat voelde minder kwetsbaar dan in m’n eentje. Zij vertelde over haar weekend. Ik klaagde de hele weg over mijn benen en over mijn achterste. “Ja leuk dat je naar de dierentuin was. Maar wedden dat zelfs een okapi er beter zou uitzien in shorts dan ik?” “Hebben vrouwtjeszebra’s eigenlijk ook putjes?” “Ik duik zo in de bosjes, want er komen voorbijgangers aan!” Waarop ze af en toe even achter me ging lopen om me te vertellen dat ik niet zo on-ge-loof-lijk moest zeuren. “Je ziet er prima uit Kim.”
In mijn eentje in een korte broek lopen durfde ik na een paar keer ook. Maar wel met oordopjes in met luide muziek. Als er dan een groepje scholieren voorbij zou fietsen en een kutpuber een opmerking zou maken over mijn benen zou ik dat in ieder geval niet horen.
Ik bleef de hele zomer stug in het kort lopen. Niemand zeurde erover. Ik ben niet nageroepen. Niet uitgelachen. Niks van dat alles. Ik kreeg alleen nu en dan de gebruikelijke opgestoken dikke duimen of Goed bezig!’s, omdat ik aan het sporten was. Geen enkele reactie op die blote benen.
Just do it
De moraal van dit verhaal? Ik vind het ontzettend fijn om in een korte broek te hardlopen. Nu al, vroeg in het jaar, in combinatie met lange mouwen. Maar zeker straks als het echt weer warmer wordt. Ik kan mijn warmte beter kwijt, waardoor ik duizend keer lekkerder loop dan in het lang. En bijkomend voordeel: tegen de tijd dat het jurkjes- en rokjesweer wordt zien mijn benen er niet meer uit alsof ze in het gips zitten. Nope, de mijne hebben dan al een gezond kleurtje.
Durf je niet in een korte broek? Omdat je niet de benen van Doutzen hebt? I feel you. Die heb ik ook niet. Gelukkig maar, anders moest die arme mooie Doutzen voortaan over de catwalk kruipen.
Zou je niet in een korte broek mogen sporten, omdat je niet in een ideaalplaatje past? Dat is onzin toch? Ben je misschien bang voor een oordeel van anderen?
Ik heb ervaren dat ik niet wordt nageroepen. En misschien zijn er mensen die iets dénken over mijn wiebeldijen. Prima, ik merk daar toch niks van. En als iemand denkt: gelukkig heb ik niet zulke driepuddinkjesbovenbenen als zij, dan heb ik mooi iemand een goed gevoel bezorgd. Zonder het zelf te weten, maar toch. En stel je voor dat iemand acute oogbalvergiftiging krijgt bij het aanschouwen van mijn niet geheel perfecte benen: jammer dan! Neem maar contact op met mijn verzekeraar.
Je kan je trouwens ook prima ‘wapenen’ met muziek, als je bang bent voor reacties op je poedelnaakte pootjes. In het ondenkbare geval dat iemand iets vervelends zegt kan je het dan niet horen.
Maar dikke kans dat iedereen die jou passeert tijdens je looprondje met zijn of haar gedachten heel ergens anders is. Bij werk, bij de boodschappen, bij een zieke chiuaua of bij hoe het in hemelsnaam kan dat Ruben de mol niet was. In de drie seconden die het kost om elkaar te passeren houdt iemand zich dan echt niet bezig met jouw korte broek.
Dus namens het Benenbevrijdingsfront roep ik jullie allemaal op:
als het voorjaar wordt, ga lopen in het kort!
Oh. En even over de springselfie bovenaan deze post. Die maakte ik met de burstfunctie van mijn iPhone, die dan tien foto’s snel achter elkaar maakt. Waarvan er één wel oké is en op negen ervan het vel door het beeld zwabbert. Het is niet allemaal wat het lijkt popjes. Maar dat geeft ook niks. Doe wat goed voelt. En laat je niet leiden door wat anderen eventueel zouden kunnen denken.