Webkim.nl

het zoveelste hardloopblog

  • Over Kim
  • Archief
  • Contact

Race recap: Amsterdam Marathon 2018

27 oktober 2018 Door: Webkim

Dit raceverslag heeft even op zich laten wachten, want jongens toch, ik moest alles eerst even op een rijtje zetten. Dat is gelukt! Ik voel me goed: ik liep zelfs de eerste post-marathon kilometers alweer, in de beginnende herfst en nog steeds lekker in korte broek. Maar laten we even terugspoelen naar vorig weekend: 21 oktober 2018.

Het weekend waar ik al een jaar naartoe leef. Het weekend waar ik al sinds ik met Ikbeginvandaag train naartoe heb gewerkt. Het weekend waarin ik een kersje kan gaan zetten op een taart die ik al tijden lang heb voorbereid. De receptuur is geperfectioneerd. Alle ingrediënten zijn in huis. Dit kan niet anders dan lekker zijn.

Het belooft een mooi weekend te worden, met een marathon die ik in iets minder dan vier uur wil gaan lopen.

Untitled

Pre-race

Ik heb overnacht bij La Coach thuis, omdat het met het openbaar vervoer vanuit Den Bosch ondoenlijk zou zijn om op tijd in het Olympisch stadion te staan. De avond van te voren kletsen we uren aan de keukentafel. Over van alles en nog wat. Ik werk ondertussen de laatste pannenkoeken weg en we nemen ook nog mijn raceplan door.

Ik ben megagoed in vorm. Mijn laatste 30 kilometer liep in met twee vingers in mijn neus op een heerlijk tempo en mijn hartslag blijft al weken keurig binnen de perken. Het mag gaan gebeuren. De eerste kilometer mag ik het stadion uitdaveren van enthousiasme, want dat houd ik toch niet tegen. Daarna ga ik het plan volgen en rond de 5:40 min/km lopen. Dat tempo brengt me naar een sub4. Dat moet haalbaar zijn, want het is een tempo dat ik supermakkelijk loop en eeuwen kan volhouden. Alleen weten we nog niet of een sub4 nét haalbaar is of dik haalbaar. Het blijft een gok. Maar ik ben met 3:59:59 ook al dik tevreden, zelfs al zou ik bijvoorbeeld 3:53:00 kunnen lopen. Ik wil niks riskeren. Gewoon doen wat kan. Sneller kan altijd nog. Mis gokken is zo zonde.

Met La Coach reis ik in de vroege ochtend naar Amsterdam. Daar treffen we Mijke, die ook een Ikbeginvandaag-loper is. Ook zij heeft een sub4 doel. En ze is minstens zo enthousiast, nerveus en hyper als ik. We nemen afscheid van La Coach, die een plekje op de stadiontribunes gaat zoeken. Wij spelden onze startnummers op, smeren wat laatste vaseline, doen nog een zenuwplasje en begeven ons met een poncho aan naar ons startvak. La Coach zit op de tribune boven ons – in een knalgeel jasje, zodat we haar goed kunnen zien. We kunnen zelfs nog even soort van gedrieën op de foto.

Untitled

Kippenvel. Instant kippenvel. Daar sta ik dan, in hardloopkleding, met een marathonstartnummer op mijn buik op een Olympische atletiekbaan. Overal waar ik kijk andere hardlopers. Overal waar ik luister andere talen. En overal voel ik dezelfde opwinding. Mijke en ik zwaaien als dollen als we La Coach op de tribune zien. We zingen mee met Bloed, Zweet en Tranen en we hebben het niet meer. We willen gáán!

Op grote schermen zien we de elite starten. In een onvoorstelbaar hoog tempo. ogenschijnlijk moeiteloos, wat blijft dat magisch. Niet veel worden de daaropvolgende startvakken losgelaten en komen ook wij in beweging. Het is begonnen!

0 – 13 km

Untitled

Niet als een idioot het gas erop gooien! Ik heb het de afgelopen weken duizenden keren tegen mezelf gezegd. Je blaast jezelf op in het begin en dan is er geen redden meer aan. Een marathon kan je heel gemakkelijk verliezen in het begin en heel moeilijk winnen aan het einde.

Met dat gegeven in mijn hoofd ren ik grijnzend een halve baan in het Olympisch Stadion en baan me dan een weg naar buiten. Amsterdam in. We zijn los!

Het is gemakkelijk het tempo laag te houden, want allemensen, wat is het druk. Geregeld zie ik mijn tempo op mijn Garmin naar de 6:30 min/km instorten, vanwege de drukte.

De eerste kilometers zijn een grote slalom. Heel vervelend, want het is niet de bedoeling dat ik hier een soort intervaltraining van maak. Maar ik profiteer van brutale inhalers. Steeds vind ik er wel één die zo’n beetje mijn tempo loopt en kan ik mee in de ruimte die hij maakt.

Sommige kilometers win ik zo een beetje tijd. En in andere kilometers is het écht te druk, te smal, te vol en verlies ik een beetje. Maar overall klopt het allemaal prima. Het kost me geen moeite. Ik geniet. I’m totally doing this!

13 – 20 km

Untitled

We gaan zo langzaam aan de stad uit en de Amstel komt in zicht. Ik was voor dit stuk gewaarschuwd. Het zou saai zijn en een lang stuk voor de bewoonde wereld weer in zicht komt.

Ik hou juist wel van lopen in het niets, dus ik vind het allemaal wel best. Lang, recht en overzichtelijk. Ik loop goed. Ademhaling rustig: check. Hartslag binnen de perken: check. Genieten van alles om me heen: check. Muziek langs de kant. Flyboarders, die hoog boven het water allerlei coole stunts doen. Toffe spandoeken. En hee! Ik vind zelfs Wally! Of tenminste, een loper in zijn rood-wit gestreepte pakje, temidden van de hele menigte. Zo leuk!

Ik loop een stukje op met twee lopers uit mijn atletiekgroep. Ook zij gaan prima en amuseren zich. Wat een verschil met in Rotterdam, denk ik. Toen vond ik het zo ontzettend zwaar! En nu ben ik gewoon een megagoede marathon aan het lopen. Gewoon het plan blijven volgen en volhouden, ook als het na een kilometer of 30 lastig wordt. Lopen met je hoofd. Ik kan dat.

20 – 30 km

Untitled

Na een kilometer of 20 beweeg ik plots niet meer zo lekker. Er wringt iets in mijn rug. Misschien loop ik te gespannen, denk ik en ik focus extra op mijn houding. Schouders ontspannen, voorwaarts lopen, buikspieren aan.

Het helpt niet. Als ik na de verzorgingspost van 20 kilometer mijn banaantje heb aangepakt en het weer op een lopen wil zetten doet het pijn. Echt pijn. Ik neem nog een bekertje water aan, spoel er de meegebrachte paracetamol mee weg en hoop er het beste van. Ik ben bijna bij het halfway point. Vanaf daar is het terugtellen.

Als we bijna aan het einde van de Amstel zijn komt Mijke me met een grote lach voorbij gedenderd. “We doen dit, Kim! Woohoo!” Ze loopt mooi, soepel en vlot. Ze heeft geen idee hoe ik me voel en ik kan wel janken. Want ik kan het ook, maar verdomme, die rug.

Het is een bekend euvel. Mijn onderste tussenwervelschijven zijn versleten. Ik heb bijna twee jaar dagelijks pijnklachten gehad. Afvallen en veel gaan sporten zorgde ervoor dat ik tegenwoordig vrijwel pijnvrij ben. Alleen als ik op vakantie in een slecht bed beland, veel stress heb of te zwaar til heb ik nog wel eens acute rugpijn.

En nu dus ook. Het kon op geen slechter moment komen.

Vanaf kilometer 25 kan ik het echt niet meer verbijten. De schokken van het hardlopen doen me zoveel pijn. Ik loop van kilometerpunt naar kilometerpunt. Ik ren stukjes, ik dribbel en ik wandel.

Ik overweeg Frank te bellen dat ik uitstap.

Maar. Dan moet ik zonder medaille naar huis. En bovendien: mijn tienjarige zoon zit in het stadion om zijn marathonmama in te halen. Ik moet daarheen. Ik moet over die finish.

30 – 35 km

Untitled

Wat een domper. Ik worstel mezelf door de kilometers heen. Dit is zo niet hoe het had moeten gaan. Op kilometer 32 staan de grote videoschermen van Hardloopsupporter.nl. Ik krijg mijn hardlooptante te zien, we hebben sinds kort weer wat contact en zij is een prachtig lijntje met mijn vader, die 9 jaar geleden overleed. Als ik haar zie, zie ik ook hem. Het raakt me. Hij zou trots zijn en me compleet voor gek verklaren. Maar hee, zijn dochter loopt een marathon! Wat zou hem die sub4 nou kunnen schelen?!

Untitled

Daarnaast is er een video van een lieve schoolpleinvriendin. Zelf chronisch ziek en veroordeeld tot een scootmobiel. En daar wenst ze mij veel succes op een megagroot scherm langs de route van een marathon. Voor haar lukt het wel weer even een stukje te rennen in plaats van wandelen. Zij kán het niet, al zou ze het nog zo graag willen. En ik mankeer afgezien van wat rugtoestanden helemaal niets. Doorlopen dus!

35 – 42 km

Untitled

Vanaf hier is er weer meer publiek. Dat is fijn, want het geeft wat afleiding. Maar het is ook enorm irritant, vanwege mijn naamshirt. Ik liet heel groot mijn voornaam op een fluogele hardlooptanktop drukken, voor de broodnodige support bij races waar ik geen bekenden langs de kant heb staan.

Maar vandaag heb ik een keer of honderd: “Kom op Kim! Rennen!” gehoord. “Kim! Hou vol!” “Doorzetten Kim!”

Tig dingen van die strekking. Terwijl ik echt perfectly fine ben. Niet moe. Niet buiten adem. Alleen mijn rug hè. Killing me. Uitgerekend vandaag. Zei ik dat al? Want ik heb het voortdurend gedacht.

“Dude, ik kán best rennen. En hard ook! Alleen mijn rug vindt het niet oké.”

Untitled

Elke kilometer die ik me dichter naar de finish sleep wordt mijn frustratie groter. Ik moet hier over schrijven, denk ik ook steeds. En: lekker dan, dit fiasco op Instagram. Klotelijf! Ik probeer goed in de gaten te houden waar er gefotografeerd wordt. Daar wandel ik niet en probeer ik er steeds iets van een lach uit te persen. Maar eigenlijk kan ik wel janken.

Gelukkig is er nog wel Noa-van-Instagram, die twee keer met een Hup Kim! bordje staat te juichen achter de hekken. Zonnetje in mijn dag!

Als we voor de tweede keer in het Vondelpark zijn durf ik eindelijk weer eens op de racepredictor van mijn Garmin te kijken. Juist ja. Als ik een beetje doorhobbel kan ik nog binnen de viereneenhalf uur finishen. Hmmpf.

Ik probeer me daarin vast te bijten en dribbel verbeten door. Vondelpark uit. Goddank. Bocht om naar het Olympisch Stadion.

“Mam!”

“Mammaaaaa!”

Hoor ik daar.

En ik herken tussen alle stemmen de zijne. Daar moet mijn kind staan.


Dit bericht bekijken op Instagram

Een bericht gedeeld door Webkim (@webkim) op 27 Okt 2018 om 7:47 (PDT)

Mijn ogen schieten langs het publiek. En ja hoor! Daar hangt mijn 10-jarige groterik met uitgestoken arm over een dranghek. Zijn vader, mijn liefste, ernaast, filmend met zijn iPhone.

“Heeeee! Thomas” roep ik. En ik probeer zo mooi en soepel mogelijk langs te sjezen. Trying to make them proud.

Maar ook zo snel mogelijk dat stadion weer in, naar de finish.

Zelden zo blij geweest om ergens te zijn. Maar vooral: om niet meer onderwég te zijn.

Untitled

Ik krijg mijn medaille omgehangen, vind dat toch wel een mooi moment en dan wandel ik met een stuk warmteplastic om me heen weer naar buiten om mijn liefjes te zoeken. Ze zijn trots. Zij wel. Ik verbijt vooral tranen. Van pijn. Van teleurstelling. En van woede.

Untitled

04:28:16

Ik ben 14 minuten sneller dan in Rotterdam, maar zeker een half uur langzamer dan ik had kunnen zijn.

Het doet me echt pijn. Dertig minuten boven mijn doel. Alsof ik een half uur uitgebreid heb zitten lunchen onderweg. Een extra lus heb gemaakt. Even ergens nieuwe schoenen ben wezen shoppen na het halfway point. Of vast heb gezeten in een Dixie. Een half uur!

Maar die tijden zullen mijn familie een worst zijn. Apetrots zijn ze: hun lief, moeder, dochter en schoondochter liep de marathon. Haar tweede. We vieren dat die avond met zijn allen bij Happy Italia, met pasta, pizza en tiramisu.

De dagen erna ben ik vooral bezig met het verwerken van wat er gebeurd is. Intussen heb ik het wat kunnen loslaten. Het heeft niet aan mij gelegen. Die rugpijn is echt overmacht geweest. De conditie, de kracht, de inhoud, het mentale, het zat allemaal goed. Het had zullen gebeuren. Maar het kwam er niet uit.

Mensen zijn allemaal trots, zeggen ze. Dat ik gewoon weer een marathon liep. Dat ik doorging ondanks alles. Dat ik van zover gekomen ben. Ik vind het superlief en ik waardeer alle reacties enorm, maar eerlijk gezegd had ik vooral zin om iedereen die het woord trots in de mond nam zijn tanden na een ferme beuk terug te bezorgen in een plastic zakje. Je mag trots op jezelf zijn vond ik zo mogelijk nog een ergere variant. Want ik heb daar geen enkele reden voor. Doorlopen met zoveel pijn is voornamelijk gewoon dom, omdat er altijd wel weer een nieuwe kans komt en er vrijwel nooit een goede reden is om jezelf verder kapot te lopen. En mijn doel is ook niet behaald, dus trots m’n reet. Trots kan je zijn op een prestatie, vind ik, of op een schattige eeneiïge vierling, op cum laude afstuderen, op een Nobelprijs of op je kind dat heeft leren fietsen, of als je – zoals die stoere knappe Mijke met wie ik startte 3:59:53 liep, maar dit? Dit was een worsteling.

Een worsteling waarbij ik daags erna nergens meer last van had en gewoon weer een handstand kon, wat het extra zuur maakt.

Als ik terugkijk in de tijd en de zwaardere, depressieve, onsportieve Kim zie ben ik wel heel blij met waar ik nu ben. Maar trots is in dit geval – hoe lief bedoeld het ook is – even niet het goede woord. Ik ben nu eenmaal altijd te streng voor mezelf. Een bijna 40-jarige huismoeder met een soort topsportmentaliteit. Dat zit me vaak in de weg. Ook nu weer. Maar het zorgt er wel voor dat ik goede dingen uit mezelf kan halen.

Gelukkig komt er weer een volgende marathon, waar ik dan hopelijk weer een stukje sneller zal zijn dan op deze.

Voorlopig trek ik mijn mond even niet meer open over tijdsdoelen en ga ik me vooral weer even onderdompelen in leuk lopen.

Want de twee rondjes die ik deze week weer liep, zonder schema, zonder druk, deden me beseffen dat die prestatiedrang toch ook wel zwaar op mijn schouders drukt. Genieten gaat dus even voorop staan. Bij de Zevenheuvelenloop en bij de Egmond Halve Marathon. En vanaf daar ga ik weer voorzichtig koers zetten naar Rotterdam.

Ook leuk om te lezen!

  • Almost Amsterdam – marathontraining en een gezinAlmost Amsterdam – marathontraining en een gezin
  • Race recap: Vestingloop 10 kmRace recap: Vestingloop 10 km
  • Waarom ik blij ben dat de Rotterdam Marathon mijn eerste wasWaarom ik blij ben dat de Rotterdam Marathon mijn eerste was
  • Webkim traint verder na de marathon + win een Maak Je Eigen Trainingsschema e-bookWebkim traint verder na de marathon + win een Maak Je Eigen Trainingsschema e-book
  • Race recap: Rotterdam Marathon 2019Race recap: Rotterdam Marathon 2019
  • Webkim telt af naar de marathon : nog 7Webkim telt af naar de marathon : nog 7
1

Reacties

reacties

Over Webkim

Ik ben Kim, 43 en ik loop hard. Ik heb drie kinderen, alledrie jongens, dus je kan wel nagaan dat het HEERLIJK is om de rust op te zoeken op mijn hardloopschoenen. Intussen ben ik - sinds 2017 - zo verknocht geraakt aan hardlopen, dat ik zeven marathons liep. Wil je nog meer over me weten? Dat mag!

Comments

  1. Yvonne says

    7 november 2018 at 09:31

    Oh Kim, met tranen in mijn ogen dit stukje gelezen. Wat ontzettend rot dat die pijn zo opspeelde! Ik kan me je deceptie meer dan levendig voorstellen.
    Blijf de komende loopjes vooral lekker lopen en ga daarna weer vol voor je doel, want je hebt het in je benen en in je hoofd!

  2. Miranda | Taxx Life Blog says

    28 oktober 2018 at 14:54

    Respect hoor! Ik vind dat je best trots mag zijn op 4:28. IK begrijp dat je baalt van je rugpijn, maar je hebt het super goe gedaan. Er zijn er maar heeeeeeeel weinig die het je nadoen.

Volg Webkim hier voor meer!

  • 1,634 Fans
  • 1,760 Followers
  • 2,271 Followers
  • 829 Followers

Hoi!

Webkim

Ik ben Kim, 43, happily married en moeder van 3 jongens (14, 12 en 10).

Tussen het boterhammen aanslepen, me het leplazarus wassen , hardlopen en kilometers dwalen met de hond door blog ik hier ook weer soms. Over weer fit worden, over hardlopen, over moederschap, over mij en over Leuke Dingen.

Leuk dat je komt lezen!


Categorieën

Zoek je iets?

Categorieën

Zoek je iets?

Copyright © 2022 · Webkim.nl alle teksten en beelden op deze site zijn, tenzij anders aangegeven, eigendom van Kim Heerschop